18.09.21
Michel Vandenbosch

Europees Parlement stemt voor uitfasering van dierproeven: interview met Michel Vandenbosch, voorzitter GAIA

Op 15 september keurde het Europees Parlement een resolutie goed, waarin de Europese Commissie de opdracht krijgt om een actieplan op te stellen voor een uitfasering van dierproeven.

Eurogroup for Animals, Cruelty Free Europe, Humane Society International, de European Coalition to End Animal Experiments en PETA hebben gedurende enkele maanden internationale campagne gevoerd voor de resolutie. GAIA is de organisatie die de campagne in België heeft geleid.

Een interview met Michel Vandenbosch, voorzitter GAIA.

Onder de parlementsleden stemden 667 voor, 4 tegen en 16 onthielden zich. Dat lijkt een historische oproep vanuit het Europees Parlement.

De term ‘historisch’ moet je spaarzaam gebruiken, want anders verliest het betekenis. Maar hier durf ik die term wel te gebruiken. Van alle fronten waar de dierenrechtenbeweging de strijd voert, is die tegen dierproeven het moeilijkst. Iedereen met gezond verstand in de politiek beseft dat producten als bont en foie gras onethisch zijn. Vleesconsumptie ligt al wat moeilijker, maar een goed leven voor landbouwdieren is volgens de meesten wel een terechte eis. Dierproeven hebben daarentegen een aura van wetenschappelijke noodzaak, weinig politici durven het aan om kritiek te uiten. Het feit dat een overgrote meerderheid zich niet meer laat muilkorven door lobbyisten van onder meer de farmaceutische industrie, dat is hoopgevend.  

Wat maakt deze resolutie van het Europees Parlement zo bijzonder?

De industrie en de academische wereld hebben jarenlang geargumenteerd dat het stimuleren van dierproefvrije methoden er wel voor zou zorgen dat het proefdiergebruik afneemt. Die stelling is nu door de feiten weerlegd. De statistieken tonen immers aan dat het gebruik van proefdieren de afgelopen tien jaar stabiel is gebleven. Er zijn veel dierproefvrije methoden bijgekomen, maar ze vervangen de dierproeven niet op grote schaal. Het gebruik van proefdieren is gebetonneerd in de hoofden van veel wetenschappers. Er moet een beleid komen dat zeer duidelijk is: dierproeven zijn een eindig verhaal en samen kunnen we kijken hoe we kunnen overschakelen naar een dierproefvrije samenleving. De resolutie van het Europees Parlement neemt die stelling nu over.

De Europese Richtlijn omtrent dierproeven gaat niet ver genoeg?

Toen de Dierproefrichtlijn meer dan tien jaar geleden werd aangenomen, hoopten ik en vele andere voorvechters van dierenrechten dat het wetenschappelijk onderzoek in Europa zou overschakelen naar dierproefvrije methoden. In die richtlijn staat letterlijk dat een volledige vervanging van dierproeven het uiteindelijke doel is. We zijn nu meer dan tien jaar later en wat zien we? Au fond is er geen afname van dierproeven, het is stilstand troef. De Proefdierrichtlijn is dus niet dwingend genoeg, ik stel vast dat vrijblijvendheid niet heeft gewerkt. Dat moet veranderen. Niet alleen voor de dieren, maar dus ook in het belang van de wetenschappelijke vooruitgang. Maar liefst 95 procent van de kandidaat-geneesmiddelen, die werkzaam of veilig lijken bij dieren, bereikt de markt niet. Omdat ze niet werken of veilig genoeg zijn. Wetenschappelijk schort er dus iets grondig aan dierproeven.

Wat vraagt het Europees Parlement concreet aan de Europese Commissie?

De titel is al een mooie weergave van de ambitie: “acties om de overgang naar innovatie te versnellen zonder het gebruik van dieren bij onderzoek, wettelijke tests en onderwijs”. In de tekst staat ook dat er geen duidelijke afname in dierproeven heeft plaatsgevonden. Daarmee tikt het Europees Parlement de Europese Commissie eigenlijk op de vingers: het gaat niet snel genoeg en er moet een tandje worden bijgestoken. Gedaan met die vrijblijvendheid, de Europese Commissie moet een actieplan opstellen om dierproeven actief uit te faseren, met tussentijdse doelstellingen. Let op het woordje ‘actief’. Dat wordt heel concreet en ook meetbaar. De resolutie erkent ook het onderzoek dat het Joint Research Center van de Europese Commissie heeft uitgevoerd, waaruit blijkt dat dierproeven net wetenschappelijke vooruitgang hinderen. En uiteraard moet voldoende budget worden voorzien voor de verdere ontwikkeling van dierproefvrije methoden, ook dat staat er in. Dit is werkelijk een ommezwaai in de politiek.

Hoe staat de Europese burger ten aanzien van dierproeven?

Uit opiniepeilingen blijkt dat Europese burgers de stopzetting van dierproeven als een prioriteit zien. Maar liefst 72 procent wenst dat de Europese Commissie bindende doelstellingen vastlegt om dierproeven af te bouwen tot nul. Onlangs lanceerden we mee een Europees burgerinitiatief  en in nog geen drie weken verzamelden we meer dan 120.000 handtekeningen. Dat komt wel aan bij politici: als de burger een verwachting heeft die wij als dierenrechtenorganisatie kunnen kanaliseren, dan is politieke verandering mogelijk.